Belvédèreplan
Het Overlegorgaan van het Nationaal Beek- en Esdorpenlandschap 'Drentsche Aa' heeft in het voorjaar van 2008 ingestemd met een plan tot inrichting van een aantal belvédères, bijzondere vergezichten in het landschap, in het gebied van de Drentsche Aa. Het gaat dan om het terugbrengen van vergezichten uit de tijd rond 1900. Het landschap had toe het open karakter, dat in de Landschapsvisie Drentsche Aa als richtbeeld wordt gehanteerd. Op de Kymmelsberg bij Schipborg was in 2003, door het op verzoek van de Vereniging Dorpsbelangen Schipborg verwijderen van begroeiing, zo een belvédère ingericht. De omgeving zag er toen weer uit als vanouds. Maar, omdat het uitzicht minder zou zijn geworden door hoog opschietende bomen, zou ook hier zou volgens het Overlegorgaan in 2008 nog nader ingegrepen moeten worden.
In juli 2008 bleek dit nader ingrijpen het vellen van een twintigtal bomen aan de zuidzijde van de restbrink van Schipborg te betekenen. Omdat door dit vellen het beeld van de restbrink van Schipborg ernstig werd verstoord, zijn door de Vereniging Dorpsbelangen Schipborg pogingen in het werk gesteld het noodzakelijke kappen van bomen te combineren met een algehele reconstructie van de gehele restbrink. Doel daarvan zou moeten zijn het verbeteren van de visuele samenhang tussen dorpsruimte en omliggend landschap, de es en het stroomdal van de Drentsche Aa.
Voorstel reconstructie restbrink Schipborg
Voor de invulling van een reconstructie van de restbrink van Schipborg kan worden teruggegrepen op een uit 1979 daterend brinkenplan van de gemeente Anloo. In grote lijnen komt dat neer op het opruimen van allerlei struikgewas, het verwijderen van slechte bomen, het behandelen van oude bomen op wonden, het uitsnoeien van dood hout, het aanbrengen van een eventueel benodigde vormsnoei en, daar waar de bomen een te dichte stand hebben, het uitdunnen ervan. Door het aanbrengen van jonge bomen (eiken) kan een gevarieerdere opbouw in leeftijd van het bomenbestand worden verkregen, meer gelijkend op die bij het historische gebruik van brinken in hun agrarische samenhang.
Hoofdpunten van de voorgestelde reconstructie van de restbrink van Schipborg zijn: een redelijke hoeveelheid eiken van verschillende leeftijd, een open ruimte langs de rand waarvan bankjes zijn geplaatst en een doorzicht tussen de bomen door op het stroomdal van de Drentsche Aa. Ook vanaf de Kymmelsberg moet dit een fraai uitzicht op de gehele omgeving, inclusief het stroomdal, mogelijk maken.
Het uiteindelijke richtbeeld voor de restbrink van Schipborg zou sterk moeten gaan lijken op het bekende, door Evert Musch in de 50-er jaren van de vorige eeuw geschilderde, panorama vanaf de Kymmelsberg: zichtlijnen over het heringerichte brinkrestant heen het stroomdal in en een vitaal ogend brinkrestant op de voorgrond, kortom een prachtige belvédère!
Conclusie
Een reconstructie van de restbrink van Schipborg is op cultuurhistorische gronden een wenselijke zaak. Het zonder meer kappen van bomen op deze restbrink ter vergroting van het uitzicht vanaf de Kymmelsberg, neerkomend op een verdergaande amputatie van deze restbrink, is om dezelfde reden zeer ongewenst. Met dit voorstel tot reconstructie van de restbrink wordt geprobeerd, vanuit een integrale aanpak, tot een voor iedereen positieve oplossing van deze problematiek te komen.
Paul Hagel